In het verleden waren er in Brabant 83 watermolens. Daarvan zijn er nog 10 over. Alle molens liggen in het stroomgebied van de Domme!. Ik zet ze op een rijtje:
De watermolen van Oploo, maalvaardig.
De kildonkse watermolen in Bernheze, maalvaardig.
De Venbergse watermolen Valkenswaard, maalvaardig.
De Dommelse watermolen in Dommelen, in gebruik
De Volmolen in Waalre. Wekt elekthciteit op.
De Genneper watermolen in Eindhoven, maalvaardig.
De Hooidonkse watermolen in Nederwetten, maalvaardig.
De Couse watermolen in Eindhoven, in gebruik.
De watermolen van Opwetten in Nuenen, maalvaardig.
De Spoordonkse watermolen in Spoordonk, maalvaardig.
Maalvaardig wil zeggen dat de molen geschikt is om te malen, maar niet in gebruik.
Alle molens zijn ondersiagmolens. Dat wil zeggen dat het water onder het rad doorloopt. Vijf van deze molens zijn banmolens. Een banmolen is een molen waar de boeren Uit de omgeving verplicht waren om hun graan daar te laten malen. Er zijn dubbele molens en enkele. Het verschil: Een enkele molen heeft maar aan een zijde van een stroom een gemaal. Wat dan wel weer uit twee raderen kan bestaan.
Als je aan molens denkt, denk je automatisch aan het malen van graan. Dat is een misverstand. Er bestonden veel verschillende molens. Zoals: Oliemolen,schorsmolen,pelmolen,wolmolen,ijzermolen,zaagmolen,papiermolen,snuifmolen,mout molen, en de traditionele graanmolen.
De molens werden door de eigenaren meestal verpacht. Een voorbeeld van de pacht uit 1626 van de Keersopper watermolen. 25 mudde goede rogge. 8 mudde mout. 4 mudde boekweit, Eindhovense maat. 40 gulden per jaar. Een vet varken van ongeveer 160 tot 170 pond. 25 pond goede boter. Twee honderd eieren. Twee koppels vette kapoenen op geschikte tijd.
Wilt U meer lezen over het verleden van de watermolens in Brabant. Het boek over watermolens in Noord-Brabant geschreven door Ir. Piet Hein Haider is te koop.